Een interview met projectmanager Berto Meeuwissen van Witteveen+Bos en procesmanager Astrid Stokman.
Berto, stel jezelf eens voor
“Ik ben Berto Meeuwissen, partner bij Witteveen+Bos. Ik leid allerlei Planstudies, waaronder Verkenningen. Ik probeer in al mijn projecten zo goed mogelijk integrale informatie bij elkaar te verzamelen die de besluitvorming ondersteunt. Voor het Rivierklimaatpark ben ik de projectmanager en daarmee eindverantwoordelijk voor onze opdracht.”
En Astrid, wat is jouw rol en achtergrond?
“Ik ben Astrid Stokman, bestuurskundige. Ik werk al twaalf jaar langs de rivieren. Ik was bijvoorbeeld betrokken bij Ruimte voor de Rivieren. Ik werk bij Land-id, een ontwerpadviesbureau. Wij werken voor dit project samen met Witteveen+Bos. Voor het Rivierklimaatpark ben ik procesmanager. In die rol ondersteun ik vooral bij politiek bestuurlijke besluitvorming.”
Wat is jullie ervaring met integrale rivierprojecten, zoals Rivierklimaatpark IJsselpoort?
Meeuwissen: “Witteveen+Bos is een ingenieursbureau. Een van de meest ervaren bureaus als het gaat om rivierverruiming en dijkversterking in Nederland, van voorbereiding tot uitvoering. We zijn momenteel bij veel projecten betrokken, zoals de projecten Meanderende Maas en Wolferen – Sprok bij Nijmegen. Ook adviseren we de aannemer bij de werkzaamheden aan de Afsluitdijk, waarvoor we ook betrokken waren bij de voorbereidingsfase.”
Stokman: “Land-id is gespecialiseerd in de voorbereidingsfases van een project, zoals een Verkenningfase. Wij hebben onder andere de gebiedsvisie gemaakt voor Varik-Heesselt. Ook waren we bij veel dijkversterkings- en rivierverruimingsprojecten betrokken bij een afgebakend onderdeel van het project, veelal gebiedsvisies. We hebben ook meerdere keren het omgeving- of projectmanagement van een project gedaan. Land-id is goed in het grondig uitzoeken van mogelijke maatregelen en het tot een besluit brengen van tussenresultaten. Het is bij grote samenwerkingsprojecten zoals het Rivierklimaatpark best een uitdaging om gelijktijdig een unaniem besluit te krijgen van alle bestuurders.”
Welke ervaring en deskundigheid nemen jullie mee naar het Rivierklimaatpark vanuit andere projecten?
Stokman: “Met name onze ervaring met het op het snijvlak opereren van inhoudelijke voortgang, ophalen van inbreng van belanghebbenden en bestuurlijke besluitvorming. Dat heb ik afgelopen tien jaar veelvuldig gedaan.”
“Ik heb die periode echt ondervonden dat belangen ontzettend uiteen kunnen lopen,” gaat Stokman verder. “Het komt ook voor dat de projectorganisatie iets als detail ziet dat voor een partner of belanghebbende uit het projectgebied juist het allerbelangrijkste bespreekpunt is of het heetste hangijzer. In zo’n geval gaan we met betrokkenen in gesprek. We gaan dan bijvoorbeeld langs bij raadsvergaderingen of organiseren keukentafelgesprekken met inwoners.”
Meeuwissen vult aan: “Wat ik vooral meeneem vanuit andere projecten is het belang om de verschillende disciplines binnen een project goed aan elkaar te verbinden. Ik zorg ervoor dat specialisten niet alleen naar hun eigen specialisme kijken, maar dat zij verbanden zoeken met andere specialismen en daarop inspelen.”
"Ook de dynamiek die hoort bij een Verkenning neem ik mee,” vervolgt Meeuwissen. “Een project start met een aantal vaste uitgangspunten. Door voortschrijdend inzicht, onderzoeken, inbreng van belanghebbenden en ontwikkelingen en gebeurtenissen buiten het project(gebied) moet je ook kunnen loslaten en soms opnieuw aan de tekentafel gaan zitten. Je moet je koers durven bijstellen.”
Wat maakt Rivierklimaatpark voor jullie een interessant project?
Meeuwissen: “Het is aan ons om samen met de projectorganisatie de maatregelen die partijen graag gerealiseerd willen hebben zodanig in elkaar geschoven te krijgen dat we tot één afgewogen oplossing komen. Het gaat dus om zoeken naar slimme combinaties en het ontwikkelen van een goede redenering waarom samen beter is dan alleen.”
Stokman: “De samenwerking van negen overheden en Natuurmonumenten maakt het ook een interessant project voor mij. Het is best een uitdaging om al die partijen op hetzelfde moment eenzelfde besluit te laten nemen. In dit project komt voor mij alles samen, zoals het soms complexe van politiek bestuurlijke besluitvorming en de inhoud van de rivierproblematiek met interessante thema’s als natuur, waterveiligheid, recreatie en energieopgaven. Allemaal opgaven die bij elkaar moeten komen, wat best ingewikkeld is.”
Wat is precies jullie opdracht voor het Rivierklimaatpark?
Stokman: “Het eindproduct dat we uiterlijk begin 2020 moeten opleveren is een door tien partners vastgestelde Intergemeentelijke Structuurvisie. Daarin zit ook een milieueffectrapportage én het Voorkeursalternatief met een gezamenlijk toekomstperspectief.”
“We werken nu eerst aan een Koersnotitie en een milieueffectrapportage (m.e.r.),” vertelt Stokman. “In de Notitie Kansrijke Oplossingsrichtingen (NKO) zijn alle bouwstenen verzameld. Daarmee hebben we alle maatregelen in kaart gebracht die we mogelijk zouden kunnen uitvoeren in het gebied om een klimaatbestendig, toegankelijk rivierklimaatpark te realiseren. Met ruimte voor ontwikkeling van natuur, recreatie en (agrarische) bedrijvigheid. Die maatregelen zijn verdeeld over vier verschillende oplossingsrichtingen. Daarmee zijn de hoeken van het speelveld bepaald."
"Over een jaar moeten we uit die vier oplossingsrichtingen één gezamenlijk toekomstperspectief (Voorkeursalternatief) hebben geselecteerd. Dan moeten we weten hoe het gebied er in 2035 op hoofdlijnen zal uitzien," vertelt Stokman. “Om van al die bouwstenen uit de NKO te komen tot een haalbare selectie van maatregelen in het Voorkeursalternatief hebben we een tussenstap nodig. Om hoofd- en bijzaken van elkaar te scheiden en om vast te stellen waarover we het al wel eens zijn en over welke dilemma’s we nog keuzes moeten maken. Die dilemma’s kunnen bijvoorbeeld bestaan uit tegengestelde belangen of het kan gaan om maatregelen die we nog nader moeten onderzoeken op haalbaarheid, effectiviteit en milieueffecten. De stappen en afwegingen die we nog moeten maken leggen we vast in een zogeheten Koersnotitie.”
Onderdeel van jullie opdracht is dus ook het ondersteunen van de politiek bestuurlijke besluitvorming en de participatie van belanghebbenden. Hoe geven jullie daar invulling aan?
Meeuwissen: “We willen straks natuurlijk een plan hebben liggen waarover de tien partners het eens zijn en waarin we de belangen en ideeën van de inwoners en (agrarische) ondernemers zo goed mogelijk hebben meegenomen. We betrekken alle belanghebbenden en betrokkenen, inclusief de tien partners, dan ook bij elke stap die we nemen. Reacties en wensen verwerken we en daarna volgt besluitvorming door de bestuurders van de betrokken partijen.”
Kunnen jullie al aangeven wanneer belanghebbenden uit het gebied kunnen meepraten en meedenken het komende jaar?
Meeuwissen: “Wij organiseren bijeenkomsten met groepen belanghebbenden. Omgevingsmanager Gerrit Dijkstra voert als vanouds eventuele individuele gesprekken met belanghebbenden en blijft ook het eerste aanspreekpunt.”
Stokman licht de participatieplanning toe: “Op 25 en 31 oktober 2018 vinden de eerste inloopavonden plaats die wij organiseren. Dan gaan we in gesprek over de te maken hoofdkeuzes per deelgebied, die we vastleggen in de Koersnotitie. In het eerste kwartaal van 2019 organiseren we opnieuw inloopavonden. Dan gaan we in gesprek over de laatste dilemma’s waarover we nog keuzes moeten maken. Reacties nemen we mee in het Ontwerp Voorkeursalternatief.”
“Na de zomer van 2019 volgt, na vrijgave door de gemeentebesturen, een terinzagelegging van de Ontwerp Intergemeentelijke Structuurvisie,” vervolgt Stokman. “Daarin zit ook het Ontwerp Voorkeursalternatief. Dan hebben belanghebbenden dus de gelegenheid om daar, door middel van zienswijzen, op te reageren. Na deze terinzagelegging is voor de Verkenningsfase de participatie met belanghebbenden uit het gebied afgerond."
Meeuwissen: "Dan volgt nog bestuurlijke besluitvorming en een besluit van de minister waarin ze wel of niet groen licht geeft om de plannen verder te gaan uitwerken in de Planuitwerkingsfase. Tijdens die fase worden ook de inwoners en ondernemers uit het gebied weer betrokken.”
Wat is voor jullie de essentie van participatie?
Meeuwissen: “Belangrijk bij de participatie is dat we de inbreng van alle belanghebbenden gelijkwaardig behandelen, dat we transparant zijn, dat we duidelijk zijn over welke invloed belanghebbenden hebben en dat we ervoor zorgen dat belanghebbenden op inhoudelijke gronden kunnen meepraten en niet alleen op basis van emotie.”
Stokman:” De afweging is uiteindelijk aan de bestuurders en de reacties van inwoners en ondernemers nemen we daarin als advies mee. Besluitvorming vindt overigens niet alleen plaats op basis van belangen, maar ook op basis van de resultaten van onderzoek naar milieueffecten en technische en financiële haalbaarheid.”
Wanneer zijn jullie aan het eind van de opdracht tevreden?
Daar zijn Meeuwissen en Stokman het meteen over eens: “Als er uiterlijk begin 2020 een gezamenlijk toekomstperspectief ligt waar alle tien de partners hun handtekening onder zetten. En waarin het leeuwendeel van de opgaven wordt gerealiseerd en alle belangen zorgvuldig zijn afgewogen.”